Geschatte lees­tijd: 9 minu­ten

Boomveiligheidscontrole, individuele boom of bomenbestand

Een boom­vei­lig­heids­con­tro­le geeft je alle nodi­ge infor­ma­tie over de vei­lig­heid van je boom of bomen­be­stand, door de con­di­tie, vita­li­teit, breuk­ge­voe­lig­heid en sta­bi­li­teit, samen met de veiligheidsrisico’s van de bomen nauw­ge­zet en op gestruc­tu­reer­de manier in kaart te bren­gen. Zodat je weet wel­ke boom­be­heers­maat­re­ge­len je moet nemen om je bomen op ter­mijn vei­lig te behou­den, ook naar hun omge­ving toe.

Deze web­pa­gi­na geeft je infor­ma­tie over waar­om je een boom­vei­lig­heids­con­tro­le gaat uit­voe­ren, hoe we dit doen en wat er komt bij kij­ken. Ook lees je wel­ke gege­vens je in onze boom­vei­lig­heids­rap­por­ten zal terugvinden.

We hou­den alle­maal van bomen, en zeker van vei­li­ge bomen.

 

 

Waarom is een boomveiligheidscontrole nuttig?

De vraag naar een boom­vei­lig­heids­con­tro­le komt vaak boven wan­neer eige­naars of beheer­ders zich zor­gen maken over de vei­lig­heid van hun bomen. En terecht. Want wan­neer je hol­ten of vrucht­li­cha­men van schim­mels waar­neemt bij de boom, bestaat de kans op breuk of wind­worp. Omdat hol­ten en schim­mels bomen inder­daad mecha­nisch verzwakken.

Om ervoor te zor­gen dat je onge­luk­ken met bomen voor­komt en je je aan­spra­ke­lijk­heid neemt, is het erg zin­vol tij­dig een boom­vei­lig­heids­con­tro­le uit te voe­ren. Want bij bomen met dui­de­lij­ke gebre­ken zou je als eige­naar aan­spra­ke­lij­ke gesteld kun­nen wor­den voor de scha­de die een onge­val met een boom veroorzaakt.

Echter wan­neer de boo­mei­ge­naar over een boom­vei­lig­heids­con­tro­le beschikt, heeft hij gehan­deld als goe­de huis­va­der. En voor­al is de kans op gebeur­lij­ke onge­val­len na een boom­vei­lig­heids­con­tro­le al veel klei­ner. Omdat je tij­dig de juis­te vei­lig­heids­maat­re­ge­len kan tref­fen en er geen onver­wach­te din­gen meer zul­len gebeu­ren tij­dens de eerst­ko­men­de storm.

 

Daarnaast zijn er nog andere belangrijke redenen waarom je een boomveiligheidscontrole uitvoert

Zo voer je bij boom­be­heer op gro­te schaal, zoals bij het opstel­len van een bomen­plan, van iede­re boom een boom­vei­lig­heids­con­tro­le uit. Evenals bij het opstel­len van een Bomen Effect Analyse of BEA. Omdat je hier­door een inzicht krijgt van wel­ke bomen de hoog­ste pri­o­ri­teit ver­ei­sen in ver­band met boom­vei­lig­heid en de te tref­fen maat­re­ge­len. Je zal op die manier weten in wel­ke bomen je best eerst inves­teert om de tota­le vei­lig­heid van je bomen­be­stand op te krik­ken en dus te optimaliseren.

Hoe gaat een boomveiligheidscontrole in zijn werk?

Om er zeker van te zijn dat je met de boom­vei­lig­heids­con­tro­le geen bomen onge­wenst zal over­slaan, bepa­len we samen eerst de con­tou­ren van het boom­be­stand of ter­rein. Hierdoor krij­gen we al een eer­ste zicht op de situ­a­tie en kun­nen bomen met dui­de­lijk merk­ba­re gebre­ken al getagd worden.

Daarna zal iede­re boom een boom­vei­lig­heids­con­tro­le onder­gaan, waar­bij we al de nodi­ge para­me­ters van de boom kwan­ti­fi­ce­ren. Nadien dis­til­le­ren we de gepas­te vei­lig­heids­maat­re­ge­len uit al de para­me­ters van iede­re indi­vi­du­e­le boom.

Al de para­me­ters die we beoor­de­len, heb­ben betrek­king op con­di­tie, vita­li­teit, breuk­ge­voe­lig­heid, sta­bi­li­teit, omge­ving en risi­co’s. Finaal krijgt iede­re boom een vei­lig­heids­sco­re mee. Die vari­eert van laag, nor­maal, ver­hoogd, hoog tot acuut risi­co. Aan de hand hier­van kan je dan de nood­za­ke­lij­ke maat­re­ge­len nemen, bin­nen een bepaal­de tijd.

 

Welke boomparameters controleren we bij een boomveiligheidscontrole?

Bij een boom­vei­lig­heids­con­tro­le gaan we steeds zoveel moge­lijk visu­eel waar­neem­ba­re boom­pa­ra­me­ters in kaart bren­gen. Dit doen we op een non-destructieve en non-invasieve manier. Volgende terug­ke­ren­de para­me­ters zul­len we steeds in kaart bren­gen, naast bij­ko­men­de para­me­ters die opdracht­spe­ci­fiek kun­nen zijn:

  • blad­zet­ting
  • blad­kleur
  • scheut­leng­te
  • gro­te van de vruchten
  • kroon­struc­tuur
  • kroon­kwa­li­teit
  • is er taksterfte
  • hol­ten
  • inrot­tin­gen
  • mecha­ni­sche schade
  • zwa­re elleboogtakken
  • zwa­re zuigers
  • scheu­ren
  • tor­sies
  • wor­tel­ge­stel
  • wurg­wor­tels
  • stand­plaats
  • wond­over­groei­ing
  • reac­tie­hout
  • omge­vings­fac­to­ren
  • groei­plaats­ei­gen­schap­pen
  • sta­bi­li­teit (scheef­stand, wor­tel­kluit, grond­scheu­ren, zwamaantastingen, …)

Enkele opdrachtspecifieke parameters in stedelijk gebied

  • wor­tel­op­druk
  • mate van wor­tel­op­druk (in kader ver­ant­woord­lijk­he­den bij strui­kel­ge­vaar op voet­pa­den bijvoorbeeld)
  • maai­veld soort
  • meest voor­ko­men­de verharding/bestratingstype
  • is de ver­har­ding water­door­la­tend of niet

Concluderen van maatregelen

Daarnaast zul­len we de ver­schil­len­de beheers­maat­re­ge­len aflei­den uit de bevin­din­gen uit het veld, zoals:

  • boom te snoei­en (kroon­re­duc­tie, uit­lich­ten, vei­lig­heids­snoei, inne­men, begeleidingssnoei…),
  • boom te kappen,
  • nader­on­der­zoek (Picus geluids­to­mo­gra­fie, trek­proef, klim­men­de inspec­tie, dro­ne inspectie, …),
  • te ver­van­gen (bij jon­ge aan­plant bij­voor­beeld of in een dreef),

Afhankelijk van de opdracht gaan er meer of min­der para­me­ters in kaart gebracht wor­den. Dit gebeurt steeds in over­leg met de opdracht­ge­ver en in func­tie van het actu­e­le boom­be­heer.

 

Printscreen van deel van de boomveiligheidsfiche met de verschillende parameters die in kaart werden gebracht tijdens de boomveiligheidscontrole.

Printscreen van deel van de boom­vei­lig­heids­fi­che met de ver­schil­len­de para­me­ters die in kaart wer­den gebracht tij­dens de boomveiligheidscontrole.

 

Welke hulpmiddelen gebruiken we bij een boomveiligheidscontrole?

Bij een boom­vei­lig­heids­con­tro­le wens je zoveel moge­lijk en toch op een een­vou­di­ge manier te weten te komen van de toe­stand waar­in de boom zich bevindt.

Kleine een­vou­di­ge hulp­mid­de­len zoals een prik­stok, een ver­re­kij­ker, meet­lint, hou­ten hamer een ste­vig mes en hand­snoei­schaar kun­nen je erg veel infor­ma­tie verschaffen.

De hou­ten hamer is erg nut­tig tij­dens het detec­te­ren van hol­ten in de stam, stam­voet, wor­tel­aan­zet­ten en zelfs de wor­tels als ze groot genoeg zijn en zich deels boven­gronds bevinden.

De prik­stok gebrui­ken we om de diep­te van een inrot­ting te meten. Of om te bepa­len of een stuk bloot­lig­gend kern­hout niet rot gewor­den is door aan­tas­ting van een schim­mel. Met de prik­stok meten we ook de indrin­gings­weer­stand van de bodem in de kroon­pro­jec­tie van de boom. Dit is dan geen exac­te meting, maar geeft een eer­ste indi­ca­tie van de bodem­ge­steld­heid tij­dens de boom­in­spec­tie.

Is er twij­fel en ver­moe­den we een gecom­pac­teer­de bodem, dan nemen we onze pene­tro­me­ter erbij, die exac­te waar­den weergeeft.

 

Hoe meer informatie je in het veld verzamelt, hoe beter je de maatregelen kan afstemmen

Door een twijg af te snij­den met mes of snoei­schaar, is de bin­nen­kant van de twijg zicht­baar. De toe­stand ervan kan ons bij som­mi­ge aan­tas­tin­gen en/of soor­ten ook meer infor­ma­tie geven over de con­di­tie van de boom.

En om goed te kun­nen waar­ne­men of er aan de bui­ten­zij­de van de kroon geen afster­ving plaats­vindt of er over­al uit­lo­pen­de knop­pen aan­we­zig zijn, komt de ver­re­kij­ker goed van pas.

Ook een boek van Gerrit-Jan Keizer over MTA (Mycological Tree Assessment) met heel veel infor­ma­tie over wel­ke schim­mel, welk effect heeft op wel­ke boom­soort, behoort ook tot de hulp­mid­de­len van onze tree mana­ger.

Het komt erop neer, hoe meer infor­ma­tie je op een een­vou­di­ge manier kan bepa­len, hoe beter je een oor­deel kan vel­len over de boom. En hoe beter je de te nemen maat­re­ge­len kan afstem­men op de situ­a­tie. Dat is uit­ein­de­lijk de bedoeling.

 

 

Wat is een boomveiligheidscontrole?

Een boom­vei­lig­heids­con­tro­le, vaak afge­kort als BVC, is een pro­ces waar­bij bomen visu­eel en non-invasief wor­den geë­va­lu­eerd op hun con­di­tie, vita­li­teit, sta­bi­li­teit en veiligheid.

Het doel van een boom­vei­lig­heids­con­tro­le is om moge­lij­ke risico’s en pro­ble­men met betrek­king tot bomen in ste­de­lij­ke omge­vin­gen of ande­re gebie­den waar men­sen zich bevin­den, te iden­ti­fi­ce­ren en te beoordelen.

De boom­vei­lig­heids­con­tro­le is één van de eer­ste stap­pen in een Bomen Effect Analyse, boom­be­scher­mings­plan als in een bomen­plan.

De ver­za­mel­de infor­ma­tie over de bomen is de basis om ver­de­re beslis­sin­gen te nemen; in een boom zon­der toe­komst­per­spec­tief, omdat deze erg ziek is e na enke­le jaren sowie­so toh zal afster­ven, ga je niet meer inves­te­ren, maar zal je eer­der kap­pen. Het omge­keer­de is uiter­aard ook waar.

Toekomstbomen wens je aan de hand van een boom­vei­lig­heids­con­tro­le uiter­aard ook te iden­ti­fi­ce­ren. Want in toe­komst­bo­men ga je juist wel investeren.

Tijdens een boom­vei­lig­heids­con­tro­le onder­zoe­ken we ver­schil­len­de aspec­ten van de boom, zoals:

 

Conditie

Hoe is de blad­zet­ting van de boom in ver­hou­ding tot een kern­ge­zond exem­plaar van zijn soort? En zijn er teke­nen van ziek­te, pla­gen, schim­mels of ande­re aan­tas­tin­gen aan­we­zig? Welke scheut­leng­ten zijn er de laat­ste jaren door de boom gere­a­li­seerd en hoe ver­hou­den deze zicht?

 

Structuur

Is de boom in goe­de fysie­ke staat, of zijn er teke­nen van rot, scheu­ren, hol­tes of ande­re struc­tu­re­le pro­ble­men in de kroon­ar­chi­tec­tuur zoals pla­kok­sels en elle­boog­tak­ken? Waardoor tak­ken of ande­re delen van de boom het mecha­nisch kun­nen begeven.

 

Stabiliteit

Is de boom ste­vig ver­an­kerd in de grond? Zijn er teke­nen van wor­tel­pro­ble­men of ver­an­de­rin­gen in de bodem die een wij­zi­ging in de sta­bi­li­teit aan­to­nen? Zoals grond­scheu­ren of loka­le bodem­ver­ho­gin­gen ter hoog­te van de wortelkluit.

 

Takken en kruin

Zijn er dode of zwak­ke tak­ken die kun­nen afbre­ken en gevaar kun­nen ople­ve­ren voor men­sen of eigen­dom­men? Zijn er schim­mel­aan­tas­tin­gen aan­we­zig die de mecha­ni­sche sterk­te van het hout ondermijnen?

 

Omgevingsfactoren

Wordt de boom beïn­vloed door wind, voch­tig­heid, nabij­ge­le­gen con­struc­ties, of ande­re fac­to­ren die de vei­lig­heid kun­nen beïnvloeden?

 

Nemen van maatregelen bij defecten en gebreken

Op basis van deze eva­lu­a­tie kun­nen we bepa­len of er maat­re­ge­len nodig zijn, zoals:

  • het snoei­en van gevaar­lij­ke takken,
  • het ver­ster­ken van kruin­de­len van de boom door het plaat­sen van kroon­an­kers of kabels,
  • het uit­voe­ren van nader onder­zoek zoals en geluids­to­mo­gra­fie of trekproef,
  • of zelfs het ver­wij­de­ren van een zie­ke of insta­bie­le boom als deze een reëel gevaar vormt voor de omgeving.

Boomveiligheidscontroles zijn dan belang­rijk om ervoor te zor­gen dat bomen in open­ba­re ruim­tes, par­ken, tui­nen, langs wegen en in ande­re gebie­den vei­lig blij­ven voor mens en eigendom.

Een boom­vei­lig­heids­con­tro­le draagt bij aan het mini­ma­li­se­ren van risi­co’s. Die kun­nen ont­staan door het val­len van tak­ken of omval­len­de bomen. En zor­gen voor een gezon­de en boom­vei­li­ge omgeving.

Printscreen van deel van de boomveiligheidsfiche met de finale te nemen maatregelen.

Printscreen van deel van de boom­vei­lig­heids­fi­che met de fina­le te nemen maatregelen.

 

Voorbeelden van ernstige defecten en gebreken

Bij een boom­vei­lig­heids­con­tro­le kun­nen ern­sti­ge defec­ten en gebre­ken aan het licht komen.

Enkele voor­beel­den van ern­sti­ge gebre­ken die hun weer­slag heb­ben op de breuk­ge­voe­lig­heid van een boom zijn:

  • zwa­re elle­boog­tak die omwil­le van zijn gewicht kan uit­bre­ken of scheuren,
  • schim­mel­aan­tas­ting door ech­te ton­der­zwam waar­bij het hout in mecha­ni­sche sterk­te afneemt en uit elkaar wordt gedrukt door de “myce­li­al felts” die door­heen het hout groeien,
  • hol­te in stam of tak waar­bij er nog maar onvol­doen­de rest­wand is en de mecha­ni­sche sterk­te van het hout onvol­doen­de is en tot breuk kan lijden,
  • pla­kok­sel met zwaar een­zij­di­ge belas­ting waar­door de oksel kan uitbreken.
  • aan­tas­ting door een hars­lak­zwam op Amerikaanse eik, waar­door de mecha­ni­sche sterk­te zeer snel afneemt en de boom snel een zeer groot risi­co vormt,
  • of aan­tas­ting door vuur­zwam bij een schiet­wilg, wat het­zelf­de pro­bleem geeft als bij de Amerikaanse eik.

Enkele voorbeelden van ernstige gebreken die hun weerslag hebben op de stabiliteit van een boom

  • kan­te­ling van de kluit waar­bij de groot­te van de kluit onvol­doen­de is om de sta­bi­li­teit nog te kun­nen waarborgen,
  • wor­tel­rot en/of wor­tel­uit­hol­ling waar­door de mecha­ni­sche sterk­te niet meer vol­doen­de is om de boom te ver­an­ke­ren in de bodem,
  • graaf­scha­de in de wor­tel­zo­ne van de boom waar­bij bin­nen de BVZ (boom­ver­an­ke­rings­zo­ne) van de boom, wor­tel­scha­de is gemaakt.

En wan­neer je met een boom­vei­lig­heids­con­tro­le, die in de eer­ste fase steeds bestaat uit visu­e­le waar­ne­min­gen, niet vol­doen­de infor­ma­tie hebt over een even­tu­eel gebrek of defect in het hout, is nader onder­zoek nood­za­ke­lijk. Lees hier­over meer straks.

 

Voorbeelden van te nemen maatregelen na een boomveiligheidscontrole

Er is een zeer gro­te waai­er aan maat­re­ge­len moge­lijk om een boom die bij een boom­vei­lig­heids­con­tro­le “ver­hoogd risi­co” scoort, terug te bren­gen naar een boom met “nor­maal” of “laag” risi­co. Enkele voor­beel­den maken dit duidelijk

  • uit­lich­ten en inne­men van een zwa­re elle­boog­tak die dreigt uit te scheu­ren. Door de tak in te kor­ten en er op de juis­te plaat­sen tak­ken te snoei­en, ont­last je de tak en ver­laag je de kans op uitscheuren,
  • vel­len van een boom die een zeer ern­sti­ge schim­mel­aan­tas­ting heeft en waar­bij breuk bin­nen kor­te ter­mijn zal optre­den. Hiermee neem je het risi­co vol­le­dig weg.
  • Plaatsen van een kroon­an­ker of vang­an­ker (in com­bi­na­tie met snoei) bij een boom met een gro­te en sterk een­zij­dig belas­te pla­kok­sel. Waardoor je het effect van storm­weer op de boom beperkt en het gevolg van breuk mini­ma­li­seert (tak kan niet vallen).

 

 

Nader onderzoek als aanvulling op de boomveiligheidscontrole

Aan de hand van de non-destructieve en visu­e­le boom­vei­lig­heids­con­tro­le door onze boom des­kun­di­ge, kan blij­ken dat som­mi­ge gebre­ken niet visu­eel cor­rect kun­nen gekwa­li­fi­ceerd wor­den. Bijkomend onder­zoek of nader onder­zoek is dan nodig.

Het nader onder­zoek geeft meer infor­ma­tie en inzich­ten in de groot­te van een gebrek of de kwa­li­teit van het hout.

Tot nader onderzoek behoren de volgende onderzoeken

 

Klimmende inspectie, aanvulling op de boomveilighiedscontrole, van een veterane lindeboom.

Klimmende inspec­tie, aan­vul­ling op de boom­vei­lig­heids­con­tro­le, van een vete­ra­ne lindeboom.

 

PiCUS® geluidstomografie (en trekproef) van veterane lindeboom waarop al een boomveiligheidscontrole werd uitgevoerd waarbij er een zadelzwam (Polyporus squamosus) werd aangetroffen in de holte tussen de twee stamdelen.

PiCUS® geluids­to­mo­gra­fie (en trek­proef) van vete­ra­ne lin­de­boom waar­op al een boom­vei­lig­heids­con­tro­le werd uit­ge­voerd, waar­bij er een zadel­zwam (Polyporus squa­mo­sus) werd aan­ge­trof­fen in de hol­te tus­sen de twee stamdelen.

 

 

Rapportering van de boomveiligheidscontrole

Al de indi­vi­du­eel ver­za­mel­de gege­vens per indi­vi­du­e­le boom bewa­ren we in de boom­vei­lig­heids­fi­che van de betref­fen­de boom.

En in één gestruc­tu­reerd ver­slag krijg je een over­zicht van alle gebre­ken en defec­ten van de bomen, als­ook de beno­dig­de advie­zen en miti­ge­ren­de maat­re­ge­len. Om nadien de juis­te acties te kun­nen ondernemen.

Het rap­port voor­ziet ook in ter­mij­nen voor de opvol­ging over de vol­gen­de jaren.

 

 

Verhogen van de boomveiligheid door regelmatige controles

Wanneer een boom niet meer gezond is, en de levens­ver­wach­tin­gen dus eer­der beperkt zijn, maar de eige­naar of beheer­der van de boom deze toch nog zo lang als moge­lijk op een vei­li­ge manier wenst te behou­den, is opvol­ging op regel­ma­ti­ge basis nodig.

Inspectie door onze boom­des­kun­di­ge om de 6 maan­den, jaar­lijks of om de 2, 3 of maxi­mum 4 jaar. Op voor­waar­de dat je bij­ko­men­de maat­re­ge­len neemt, zoals bij­voor­beeld ver­an­ke­ren, onder­steu­nen, vei­lig­heids­snoei of andere.

Dit moet steeds in func­tie van de hui­di­ge toe­stand van de boom beke­ken en beslist worden.

Wanneer een boom gevoe­lig is aan wind­worp door een zwaar aan­ge­tas­te gestel­wor­tel of een gro­te hol­te in de stam, zal de opvol­ging op zeer regel­ma­ti­ge momen­ten die­nen te gebeu­ren. Als de con­di­tie van de boom te slecht is, kan zelfs een nood­kap of nood­vel­ling nodig zijn.

Een visu­e­le boom­vei­lig­heids­con­tor­le ver­telt alles over zowel de gebre­ken, defec­ten, con­di­tie als de vita­li­teit van een boom. En zal zeker uit­sluit­sel geven of er nog al dan niet nader onder­zoek nodig is.

De boom­vei­lig­heids­con­tro­le is een begin­nen­de must op vlak van boomveiligheid.

 

Wens je jouw bomen te onder­wer­pen aan een boom­vei­lig­heids­con­tro­le, twij­fel dan niet ons te con­tac­te­ren.

Start typing and press Enter to search

Shopping Cart