Zonnebrand of schorsbrand bij bomen
Zonnebrand of schorsbrand bij beuken, lindebomen, en esdoorn
Zonnebrand of schorsbrand bij bomen, ook wel bekend als zonnebrandschade, is een fenomeen waarbij de schors van bomen, zoals beukenbomen, lindebomen, esdoorn en andere bomen met gladde schors, beschadigd raken door overmatige blootstelling aan intens zonlicht en hittestraling. In combinatie met hoge omgevingstemperaturen.
Wat leidt tot beschadigingen zoals scheuren, verkleuring, en het afsterven van schorsgebieden.
Dit fenomeen veroorzaakt fysiologische stress waaronder verstoringen in de waterhuishouding en fotosynthese van de boom. Vooral omwille van de thermische schade aan de schors en het onderliggende cambium van de boom.
Inhoudsopgave
Toggle
Schorsbrand kan vooral voorkomen bij jonge bomen. Of bomen die plotseling aan meer zonlicht worden blootgesteld. Dan waar ze aan gewend zijn. Bijvoorbeeld na het kappen van omliggende bomen of een houtkant aan de rand van het getroffen bomenbestand.
Boomsoort- en seizoensafhankelijk
De gevoeligheid van bomen voor zonnebrand kan variëren met de seizoenen en per boomsoort.
In de winter, wanneer bomen hun bladeren verliezen, kan de schors meer blootgesteld worden aan zonlicht. Wat kan leiden tot zonnebrandschade.
Echter, de intensiteit van de zon is in de zomer groter. Wat ook een hoger risico op schorsbrand kan betekenen.
Het effect van het plotseling vrijstellen van boomsoorten die gevoelig zijn voor zonnebrand. Zoals na het kappen van een bos, kan resulteren in een verhoogde incidentie van zonnebrandschade. Omdat deze bomen zich niet geleidelijk aan een verhoogde zonblootstelling hebben kunnen aanpassen.
Sommige soorten, met name die met gladde schors zoals beuken, lindebomen, en esdoorns, zijn gevoeliger voor deze aandoening.
Preventie
Om zonnebrand tegen te gaan, kunnen verschillende maatregelen worden genomen.
Het aanbrengen van een fysieke barrière, zoals jute, kan de schors beschermen tegen direct zonlicht. Echter, het gebruik van jute kan ook nadelen hebben. Zoals het vasthouden van vocht tegen de schors. Wat kan leiden tot schimmelgroei of andere problemen.
Schorsbrand gevoelige boomsoorten
Enkele van de meest gevoelige boomsoorten voor zonnebrand zijn:
- Beuken (Fagus spp.) – Deze bomen hebben een dunne, gladde schors die gemakkelijk kan scheuren onder thermische stress.
- Lindes (Tilia spp.) – Ook bekend om hun gladde schors, zijn lindebomen vatbaar voor zonnebrand, vooral jonge exemplaren.
- Esdoorns (Acer spp.) – Vooral jonge esdoorns met hun dunne schors zijn gevoelig voor zonnebrandschade.
Naast deze soorten, zijn er ook nog andere boomsoorten die gevoelig zijn voor zonnebrand.
Hier zijn enkele aanvullende soorten die vatbaar zijn voor deze aandoening:
- Oostelijke witte den (Pinus strobus) – deze boomsoort kan zonnebrandschade vertonen wanneer hij aan de rand van kapvlakten staat. Met name aan de zonzijde waar de schors kan afsterven of verkleuren (Huberman, 1943).
- Haagbeuk (Carpins spp.) – deze soort heeft ook een dunne glade schors, die gevoelig is voor schorsbrand.
- Boomsoorten met over het algemeen dunne schors die gevoelig zijn voor snelle temperatuurschommelingen, wat leidt tot zonnebrandschade.
Bijkomende factoren die zonnebrand bij bomen beïnvloeden
- Culturele praktijken en kwetsbaarheid van bomen: culturele praktijken zoals onjuist snoeien, verwondingen en onvoldoende water geven na het planten of verplanten kunnen stadsbomen predisponeren voor schorsbrand. Eenvoudige preventieve maatregelen zoals voldoende water geven tijdens het eerste groeiseizoen na het planten of verplanten kunnen het voorkomen van zonnebrand aanzienlijk verminderen (Roppolo Jr. & Miller, 2001).
- Zonnebrand bij fruitgewassen: bij fruitgewassen zoals appels wordt zonnebrand geassocieerd met oxidatieve stress. En veranderingen in waterrelaties door hoge straling en hitte. Deze stressfactoren kunnen de fysiologische balans in vruchten veranderen, wat leidt tot zichtbare schade (Naschitz et al., 2015).
- Bijdragen van temperatuur en licht: onderzoek wijst uit dat temperaturen boven de 40°C en directe lichtblootstelling nodig zijn voor de ontwikkeling van zonnebrand bij appels. Planten kunnen een kortetermijntolerantie verwerven door voorafgaande blootstelling aan sub-schadelijke omstandigheden. Wat helpt bij het aanpassen aan plotselinge milieuveranderingen (Naschitz et al., 2015).
- Beschermende maatregelen bij fruitgewassen: beschermende maatregelen zoals het gebruik van netten en beschermingsmiddelen kunnen het voorkomen van zonnebrand bij vruchten zoals appels verminderen. Met name in neotropische klimaten. Schaduwnetten zijn met name effectief gebleken (Tsai et al., 2013).
Hoe gaat zonnebrand in zijn werk?
Zonnebrand treedt op wanneer de schors van een boom abrupt wordt blootgesteld aan sterke zonlichtintensiteit. Dit kan gebeuren na het kappen van omliggende bomen of tijdens ongewoon heldere en hete dagen. De intense hitte kan ervoor zorgen dat de schors te warm wordt, wat leidt tot de dood van de schorscellen. Tijdens koude nachten kan deze beschadigde schors snel afkoelen en scheuren, wat verdere schade veroorzaakt.
Schorsbrand bij bomen, manifesteert zich als dode schorsstrips aan zon blootgestelde zijden. Deze schade verlaagt niet alleen de houtkwaliteit maar verhoogt ook de vatbaarheid voor insecten en schimmels.
De combinatie van hoge temperaturen en licht leidt tot abnormale fotodynamische reacties in de plantenweefsels. Deze omstandigheden verstoren de normale cellulaire processen. Waardoor er weefselbeschadiging ontstaat.
Morfologisch gezien manifesteert zonnebrandschade zich als verkleuring en scheuren in de schors van de boom.
Fysiologisch gezien wordt de schade veroorzaakt door de UV-straling van de zon. Die de levende cellen in de schors kan beschadigen of doden. Dit leidt tot een verminderde vitaliteit van de boom. En een verhoogde gevoeligheid voor ziekten en insectenplagen.
Het onderzoek “Smooth bark surfaces can defend trees against insect attack: resurrecting a ‘slippery’ hypothesis” suggereert dat gladde schors een verdedigingsmechanisme kan zijn tegen insecten. Maar als deze schors schade oploopt door schorsbrand, dan is deze verdediging gecompromitteerd.
Morfologische en fysiologische uitleg
Het cambium is een cruciale laag in bomen die verantwoordelijk is voor de secundaire groei of diktegroei. Het produceert het xyleem (hout) naar de binnenkant en het floëem (bast) naar de buitenkant.
Wanneer een boom getroffen wordt door zonnebrand, heeft dit directe en ernstige gevolgen voor het cambium. Wat de groei en het herstel van de boom zal belemmeren. Hieronder lees je wat er fysiologisch gebeurt met het cambium van bomen onder invloed van zonnebrand.
Verhoogde temperatuur van de schors; thermische schade
Wanneer je de schors van de boom blootgestelt aan direct zonlicht, kan de temperatuur van de schors aanzienlijk stijgen. Dit is met name problematisch tijdens de winter wanneer de laaghangende zon direct op de zuidelijke zijde van de boom schijnt.
De temperatuurstijging, omwille van de intense hitte van de zon, in combinatie met plotselinge blootstelling, zal leiden tot het afsterven van schorscellen en het onderliggende cambium. Omdat deze niet zijn aangepast aan de plotselinge hitte.
De hoge temperaturen beschadigen de cellulaire structuren binnen het cambium. Inclusief het denatureren van eiwitten, die essentieel zijn voor celactiviteit en ‑divisie.
Celbeschadiging en dood
De verhoogde temperaturen leiden tot eiwitdenaturatie en verstoring van celmembranen, wat resulteert in celbeschadiging en uiteindelijk celdood. Dit veroorzaakt op zijn beurt necrose in de schors, waarbij de schors bruin wordt en afsterft.
De hitte veroorzaakt celstress binnen het cambium door de normale metabolische processen te verstoren. Bijvoorbeeld, enzymen die betrokken zijn bij celgroei en ‑reparatie kunnen inactief worden. Wat leidt tot verminderde groei en regeneratie van de schors en het xyleem.
In ernstige gevallen kan dit resulteren in de dood van cambiumcellen. Wat permanente schade aan de boom betekent. Aangezien het cambium de enige laag is die nieuwe cellen voor deze weefsels kan genereren.
Verstoring van het watertransport; de verstoorde vloeistofdynamiek
Thermische- en celschade aan het cambium, de laag tussen de schors en het hout, die nieuwe schors- en houtcellen produceert in het floëem en xyleem, waar op zijn beurt het transport van voedingsstoffen en water tussen de wortels en de bladeren plaats vindt, zal het transport van water en voedingsstoffen ernstig verstoren.
Wanneer het cambium, cruciaal voor de groei en het herstel van de boom, dus beschadigd is door schorsbrand, wordt ook dit transportmechanisme verstoord.
Het zal leiden tot een onbalans in de hydratatie en voeding van de boom. Wat de algehele gezondheid, functionaliteit, en vitaliteit van de boom beïnvloedt en aantast.
Onderbreking fotosynthese
Schade aan de schors kan ook indirect de fotosynthese beïnvloeden.
Door het verminderen van de algehele gezondheid van de boom.
Hoewel de bladeren primair verantwoordelijk zijn voor fotosynthese, beïnvloedt de gezondheid van de stam en de takken ‚ook de efficiëntie en effectiviteit van dit fotosyntheseproces.
Verhoogde gevoeligheid voor ziekteverwekkers of pathogenen
Blootgesteld en beschadigd cambium en schors worden gemakkelijker geïnfecteerd door schimmels en bacteriën.
Open wonden vormen een toegangspoort voor ziekteverwekkers die verder de gezondheid van de boom kunnen aantasten.
Normaal gesproken vormt de intacte schors een barrière tegen ziekteverwekkers. Maar als het cambium beschadigd is, kunnen ziekteverwekkers gemakkelijker binnendringen en infecties veroorzaken in de kwetsbare interne structuren van de boom.
Bemerk hierbij dat vooral de verzwakking van de boom, omwille van afgenomen gezondheid en conditie, de boom gevoeilger maakt voor ziekteverwekkers en schimmelaantastingen.
Schade mechanisme: thermische uitzetting en contractie van de schors en bast door schorsbrand
De snelle opwarming van de schors, gevolgd door een snelle afkoeling (vooral ’s nachts of in seizoenen met grote temperatuurschommelingen) leidt tot thermische uitzetting (expansie) en contractie van de schors en het onderliggende cambium. Waardoor er door mechanische spanningen scheuren ontstaan in de schors en bast. De zogenaamde zonnebrandletsels (Roppolo & Miller, 2001).
Compensatoire groei
In sommige gevallen kan het cambium proberen compensatoire groei te realiseren, rond de beschadigde gebieden. Wat kan leiden tot de vorming van callusweefsel.
Hoewel dit een poging is van de boom, om zichzelf te genezen, kan deze abnormale groei de boom verder verzwakken, omdat callusweefsel aanmaken veel energie vraagt. Waardoor hij mogelijk minder bestand is tegen omgevingsstressoren.
Seizoensgebonden variaties
De gevoeligheid voor zonnebrand varieert seizoensgebonden. In de winter, wanneer bomen hun bladeren verliezen, is de schors meer blootgesteld en vatbaarder voor temperatuurfluctuaties en zonnestraling. Waardoor de kans op schorsbrand toeneemt.
De zomer kan ook risico’s met zich meebrengen door hoge temperaturen en intense zonlicht. Vooral voor jonge bomen of recent aangeplante bomen die nog niet volledig zijn geacclimatiseerd. Of waarvan de schors nog niet volledig ontwikkeld is.
Zonnebrand herkennen
Het cambium dat getroffen en beschadigd is door zonnebrand kan visueel verschillende tekenen van stress en schade vertonen. Hier is een beschrijving van hoe dit er typisch uitziet.
Verkleuring
Het cambium, normaal verborgen onder de schors, kan zichtbaar worden door scheuren of loslaten van de schors. Het beschadigde cambium kan donkerder van kleur zijn dan het gezonde weefsel, variërend van bruin tot zwart. Deze verkleuring duidt op de afsterving van cambiumcellen.
Scheuren en schilfering
Door de extreme temperatuurschommelingen die zonnebrand veroorzaken, kan het cambium uitzetten en krimpen, wat leidt tot scheuren in de schors. Bij ernstige schade kan de schors beginnen te schilferen en loslaten, wat grotere delen van het donkere, beschadigde cambium blootlegt.
Droog en broos uiterlijk
Het beschadigde cambium kan droog en broos lijken, vooral als de schade gepaard gaat met een gebrek aan vocht. Deze textuurverandering is een teken dat het weefsel zijn vitaliteit heeft verloren en niet langer actief bijdraagt aan de groei van de boom.
Vorming van callusweefsel
In reactie op de schade kan de boom pogingen doen om de wonden te overbruggen met nieuw callusweefsel. Dit weefsel ziet eruit als een ongeordende, knobbelige groei rond de randen van de beschadigde gebieden.
Het is vaak lichter van kleur dan het omliggende hout en cambium en kan in de loop van de tijd toenemen als de boom probeert zichzelf te genezen.
Verhoogde gevoeligheid voor infecties
Het beschadigde cambium kan een toegangspoort zijn voor ziekteverwekkers, wat resulteert in verdere schade. Gebieden rond het beschadigde cambium kunnen tekenen van infectie vertonen, zoals harsvorming, zwamgroei of andere ongewone groeipatronen.
In het algemeen geeft het uiterlijk van het cambium dat beschadigd is door zonnebrand de strijd weer die de boom voert tegen omgevingsstress en zijn pogingen om te herstellen. Regelmatige inspectie en passend beheer zijn essentieel om ervoor te zorgen dat deze bomen overleven en herstellen van dergelijke stressvolle gebeurtenissen.
Korte- en langetermijngevolgen
Op korte termijn leidt zonnebrand tot het afsterven van schorsgebieden, wat resulteert in zichtbare scheuren en verkleuringen. Deze beschadigingen kunnen de boom vatbaar maken voor infecties door schimmels en bacteriën.
Op lange termijn kan herhaaldelijke blootstelling aan zonnebrand de structurele integriteit en de gezondheid van een boom ernstig aantasten. Chronische schade kan leiden tot een verminderde groei, verhoogde gevoeligheid voor ziekten en uiteindelijk de dood van de boom als de vitale transportkanalen van water en voedingsstoffen worden onderbroken.
Preventie en beheer; beschermingsstrategieën
Om zonnebrandschade aan het cambium te voorkomen, is het belangrijk om jonge en pas geplante bomen te beschermen met schaduwdoeken of witkalk, vooral in gebieden met hoge zonintensiteit. Regelmatige monitoring en zorgvuldig watermanagement kunnen ook helpen om de bomen te beschermen tegen de nadelige effecten van zonnebrand.
Om zonnebrand te voorkomen, kunnen beheerders verschillende strategieën gebruiken, zoals het aanbrengen van witkalk of boomomslagen die reflecteren en isoleren, het strategisch planten van bomen om natuurlijke schaduw te benutten, en het waarborgen van voldoende watergift om de algehele weerstand van de boom tegen stress te verhogen.
Deze uiteenzetting van de fysiologische effecten van zonnebrand op bomen benadrukt de complexiteit van deze aandoening en het belang van preventieve maatregelen om de gezondheid en het welzijn van bomen te behouden.
Om zonnebrand te voorkomen, kunnen verschillende methoden worden toegepast, zoals het aanbrengen van boomomslag of speciale verf die de schors beschermt tegen extreme temperatuurwisselingen. Het strategisch plaatsen van bomen om voldoende zonlicht te ontvangen zonder overmatige blootstelling is cruciaal. Ook het regelmatig hydrateren van bomen kan helpen de effecten van zonnebrand te minimaliseren, vooral na transplantatie (Roppolo & Miller, 2001).
Soorten preventie tegen zonnebrand
Boomomslag
Het gebruik van beschermende omslagen zoals jute of speciaal ontworpen boomwraps kan helpen de schors te isoleren tegen extreme temperatuurvariaties.
Strategische beplanting
Door bomen te planten op locaties waar ze natuurlijke schaduw krijgen van andere bomen of structuren, kan de blootstelling aan intense zonnestraling worden verminderd.
Water geven
Regelmatig water geven helpt de algehele gezondheid van de boom te onderhouden en verbetert zijn weerstand tegen zonnebrand.
Zonnebrandverf
In sommige gevallen kan het aanbrengen van een speciale zonnebrandverf op de schors de boom helpen beschermen door te reflecteren van het zonlicht.
Gebruik van jute als boomomslag
Hoewel jute kan worden gebruikt om jonge of kwetsbare bomen te beschermen door het creëren van een barrière tegen direct zonlicht, kan het ook nadelen hebben, zoals vochtretentie die kan leiden tot schimmelgroei of het bevriezen van de schors.
Jute wordt vaak gebruikt als beschermingsmateriaal voor bomen, vooral jonge of kwetsbare exemplaren, tegen elementen zoals sterke zon en koude wind. Jute heeft echter enkele nadelen die verband houden met zijn vochtopname-eigenschappen. Wanneer jute vochtig wordt, kan dit invloed hebben op de onderliggende schors, vooral in koude omstandigheden.
Nadelen van jute door vochtigheid en bevriezing
Vochtabsorptie
Jute absorbeert vocht uit de omgeving, wat kan leiden tot een verhoogde vochtigheid rond de schors. Dit is vooral problematisch tijdens de winter wanneer de temperaturen dalen en de kans op bevriezing van dit vocht toeneemt (Londhe, Mache, & Kulkarni, 2016).
Warmteonttrekking door verdamping
Als jute nat wordt en vervolgens wordt blootgesteld aan droge, koude wind, kan verdamping optreden. Deze verdamping kan warmte onttrekken aan de jute en indirect aan de schors die het bedekt. Dit proces kan leiden tot een verlaging van de temperatuur van de schors, wat het risico op bevriezing van het cambium verhoogt.
Schade vergelijkbaar met zonnebrand
Hoewel de mechanismen verschillend zijn, kan de schade veroorzaakt door bevriezing enigszins vergelijkbaar zijn met zonnebrand. Bevriezing kan leiden tot barsten en scheuren in de schors, vergelijkbaar met wat gebeurt bij zonnebrand, waarbij de integriteit van de schors wordt aangetast en de boom kwetsbaar wordt voor infecties en verdere schade.
Om de nadelen van het gebruik van jute in koude en vochtige klimaten te beperken, is het belangrijk om:
- Jute regelmatig te inspecteren en te vervangen als het beschadigd is.
- Zorgen voor goede luchtcirculatie achter de jutte door het aanbrengen van bijvoorbeeld bamboe stokken, zodat rechtstreekscontact tussen de jutte en de bast en stam vermeden worden.
- Alternatieve materialen te overwegen die minder vocht absorberen en betere isolerende eigenschappen hebben tegen zowel zonnebrand als koude schade, zoals bijvoorbeeld rieten matten.
Het gebruik van jute vereist dus zorgvuldige overweging van zowel de voordelen als potentiële risico’s, vooral in omgevingen waar temperatuurfluctuaties en hoge vochtigheid voorkomen.
Nadeel van jutte omwille van isolerende eigenschap
Een belangrijk punt om te overwegen is dat jute door zijn eigenschappen van vochtopname en isolatie wellicht kan bijdragen aan een verhoogde temperatuur van de schors onder bepaalde omstandigheden, zoals directe zonlichtexpositie of in zeer warme klimaten. Dit kan potentieel schadelijk zijn voor de boom, vooral als dit leidt tot oververhitting van de schors.
Overwegingen bij het gebruik van jute
Hoewel jute een populaire keuze is voor boomomslag, moet men voorzichtig zijn met het gebruik ervan, vooral in koudere klimaten of tijdens natte seizoenen. Jute kan vocht vasthouden, wat tijdens koude perioden kan leiden tot bevriezing van de schors. Alternatieven zoals rietenmatten kunnen betere ventilatie bieden en zijn esthetisch aantrekkelijker, terwijl ze toch bescherming bieden tegen zonnebrand.
Rietenmatten als optie tegen zonnebrand
Rieten matten worden soms aanbevolen als een alternatief voor jute omdat ze:
- Minder dichtheid hebben, wat betekent dat ze mogelijk betere ventilatie bieden.
- Een natuurlijke uitstraling hebben, die esthetisch aangenamer kan zijn in sommige landschappen.
- Duurzaam en sterk zijn, waardoor ze effectief bescherming bieden tegen fysieke schade zonder risico op oververhitting.
Als bescherming tegen temperatuurschommelingen en oververhitting een belangrijk aspect is, kan het gebruik van rietenmatten of andere alternatieven die betere ventilatie bieden en minder warmte vasthouden een overweging waard zijn.
Aanbevolen boombeheer praktijken voor langdurige bescherming
Naast bovenstaande maatregelen is het belangrijk om de volgende praktijken te implementeren voor de langdurige gezondheid en bescherming van bomen tegen zonnebrand:
- Periodieke evaluatie: regelmatige controle van de boomgezondheid kan vroegtijdige tekenen van stress, inclusief zonnebrand, aan het licht brengen. Dit stelt beheerders in staat om snel in te grijpen voordat de schade zich uitbreidt.
- Snelle reactie op schade: als er tekenen van zonnebrand worden waargenomen, moet men snel handelen om verdere schade te beperken, zoals het snoeien van dode of beschadigde takken en het behandelen van de getroffen gebieden met geschikte fungiciden of bactericiden om infecties te voorkomen.
- Educatie en training: het opleiden van mensen in de herkenning en preventie van zonnebrand kan helpen om de problemen op grote schaal aan te pakken, vooral in stedelijke of parkomgevingen waar veel verschillende soorten bomen samen voorkomen.
Conclusie
Zonnebrand of schorsbrand is een ernstige bedreiging en significante stressfactor voor veel boomsoortenmet dunne en glade schors. Zoals beukenbomen, lindebomen en esdoorns. Het kan leiden tot aanzienlijke schade aan boomweefsels, wat zowel de kwaliteit als de gezondheid van de bomen beïnvloedt.
zijn essentieel om de gezondheid en groei van deze bomen te behouden.
Het vereist aandachtige zorg, adequate preventieve maatregelen en zorgvuldig boombeheer. Door de juiste beschermingsstrategieën toe te passen. En aandacht te besteden aan de specifieke behoeften van gevoelige boomsoorten, kunnen we als boomverzorgers helpen de gezondheid en levensduur van jouw bomen te behouden.
Het kiezen van de juiste beschermingsmethoden, zoals het gebruik van boomomslagen of zonnebrandverf, en het strategisch plaatsen van bomen, en aanplanten van nieuwe bomen die bescherming bieden, kunnen effectief bijdragen aan het verminderen van de risico’s van zonnebrand.
Zonnebrand bij bomen is een complexe aandoening die een serieuze aanpak vereist voor effectief beheer en preventie.
Door een diepgaand begrip van de oorzaken en effecten van zonnebrand, gecombineerd met proactieve zorg en managementpraktijken, kan je waardevolle boompopulaties beschermen tegen de schadelijke effecten van direct zonlicht en extreme temperatuurfluctuaties.
Laten we samenwerken om de natuurlijke schoonheid en vitaliteit van onze bomen te behouden voor toekomstige generaties.